Tuesday, November 13, 2007

Programma themamiddag De statische camera

Tussen stilstand en beweging van het lectoraat fotografie met Martin van den Oever, AKV/St. Joost, Avans Hogeschool

Datum: woensdag 21 november 2007
Tijdstip: 13.30-17.00 uur
Plaats: Beukenlaan 1, Breda

Introductie

Flip Bool en Martin van den Oever

Filmprogramma

Martin van den Oever, Spiegelportret rouwdracht Urk, 2002 (8’)

Bert Haanstra, fragment uit Rembrandt, schilder van de mens, 1957

Victor Kossakovsky, Svyato, 2005 (34’)

Martin van den Oever, ruw materiaal voor Spiegelportret Staphorster dracht, 2002

Marjoleine Boonstra, fragment uit Britanya, 2003

Johan van der Keuken, fragmenten uit To Sang Fotostudio, 1997

Ramon Gieling, fragmenten uit Leven met je ogen over het maken van To Sang Fotostudio, 1997

Bert Haanstra, fragment uit Alleman, 1963

Hans Keller, fragment uit Vrede, godverdomme vrede met Bert Haanstra, 1995

Kees Hin, fragment uit De gevoelige plaat over fotostudio Merkelbach, 1976

Michal Butink, fragmenten uit Flash, 2006

Martin van den Oever, Portret van Karsoetolo uit Indonesische portretten deel I, 2006 (10’)

Afsluitende discussie
-------------------------------------------------------------------------------------
John Berger stelde ooit dat de introductie van de handcamera het fotograferen van een ritueel tot een reflex heeft gemaakt. ('Uses of Photography. For Susan Sontag', About Looking, New York 1980, p. 52-67) De 35 mm-camera heeft ongetwijfeld in sterke mate bijgedragen aan de ontwikkeling van de na-oorlogse documentaire fotografie waarin de straat een centraal onderwerp vormt. Mede onder invloed van Bernd en Hilla Becher heeft het gebruik van de statische (technische) camera geleid tot nieuwe ontwikkelingen in de documentaire fotografie. Niet alleen om er landschappen, gebouwen of steden mee vast te leggen, maar ook voor een nieuwe visie op de mens. Het werk van iemand als Rineke Dijkstra vormt hiervan een voorbeeld bij uitstek.
Op het gebied van de film tekent zich een zelfde ontwikkeling af: van de 'direct cinema' naar het gebruik van een statische camera. Opmerkelijk is dat met name de vele fotografen en beeldend kunstenaars die zijn gaan filmen er bij voorkeur gebruik van maken. De recente tentoonstelling De ontdekking van de traagheid en gelijknamige begeleidende publicatie van KW14 in Den Bosch getuigen hiervan. Het fenomeen van de statische camera en dan met name op het grensvlak van de beeldende kunst en antropologie vormt vanuit de hedendaagse beroeps- en kunstpraktijk een belangrijk onderwerp voor nader onderzoek. Mede om de grenzen van het medium fotografie te verkennen. Martin van den Oever houdt zich hier theoretisch en praktisch bij uitstek mee bezig. Na een opleiding grafisch ontwerpen heeft hij zich als (stereo)fotograaf en (antropologisch) filmer bovendien vooral gericht op het thema identiteit. Zijn meest recente en lopende filmische project betreft oudere Indonesiërs die tijdens het koloniale tijdperk Nederlands leerden spreken en hun herinneringen aan die periode ophalen. Daarnaast heeft hij zich bezig gehouden met het Nederlandse landschap ('Archief van de leegte', 1995, in opdracht van de Rijksplanologische Dienst) en maakte hij een reeks Spiegelportretten over klederdrachten (in opdracht van het Nederlands Openluchtmuseum, Arnhem 2000). Met name deze Spiegelportretten bieden niet alleen aanknopingspunten tot nadere reflectie op de verbeelding van de rituelen van het dagelijks leven - een onderwerp dat ook binnen de documentaire fotografie hoogst actueel is - maar ook op (zelf)reflectie, het portret en de mogelijkheden van de statische camera. De stereofoto's en films van Martin van den Oever vormen het uitgangspunt om deze onderwerpen nader onder de loep te nemen. Daarbij staan zijn landschappelijke stereofoto's voor stilstand en zijn - veelal met een statische camera gemaakte -filmportretten voor beweging. Voor het filmprogramma is een aantal films gekozen dat een bijzonder licht werpt op het (zelf)portret als een klassiek 'documentair' genre. Leitmotiv voor deze middag vormt de volgende dagboeknotitie van Franz Kafka:

'Die Stereobilder sind lebendiger als die Bilder im Kino, weil sie dem Blick die Ruhe der Wirklichkeit lassen. Das Kino gibt dem Angeschauten die Unruhe ihrer Bewegung. Die Ruhe des Blickes scheint wichtiger.'
['Stereofoto's leven meer dan filmbeelden omdat ze de rust van de werkelijkheid in tact laten. De cinema geeft ons de onrust van haar beweging. De rust van de blik lijkt belangrijker.']

0 Comments:

Post a Comment

<< Home